Het vlindertje
Ik zag eens een klein vlindertje gaan,
hij riep me en zei: “Toe, blijf daar niet staan,
ga met me mee, we maken veel plezier
en als je me nodig hebt dan ben ik altijd hier”.
Sinds die dag ging ik keer op keer
met het vlindertje mee en hij zei telkens weer:
“Toe, blijf daar niet staan,
ga met me mee, we maken veel plezier
en als je me nodig hebt dan ben ik altijd hier”.
Toen ik weer eens naar het vlindertje ging,
had ik in mijn hoofd nog maar één ding:
Wanneer ik verdrietig was, naar het vlindertje gaan,
want hij maakt me weer blij,
dan is het met mijn verdriet gedaan.
Ik bleef staan en keek om me heen.
Het was vreemd stil, zelfs geen vogelgefluit.
Op de grond, naast mijn been,
lag het vlindertje, dood.
Ik knielde naast hem neer en huilde luid.
In mijn oren klonken weer die zinnen:
“Toe, blijf daar niet staan,
ga met me mee, we maken veel plezier
en als je me nodig hebt dan ben ik altijd hier”.
Ik begroef mijn vriendje en terwijl er een traan
over mijn wang liep, zei ik:
“Je hebt me doen waken toen ik nog sliep,
je hebt me doen beseffen
dat iedereen een vriend nodig heeft,
die met je lacht, huilt en leeft.
Ik heb het begrepen en ben nu klaarwakker,
maar het doet pijn dat ik je heb verloren,
mijn maatje, mijn makker.
Vaarwel en bedankt.”
2802 keer gelezen